Aantekeningen |
- Schepenbank, 's Grevelduin-Capelle, Voogdijrekeningen, met bijlagen
* 182 De kinderen van Leendert van Pelt en Adriaantje Gerits Bak, met betrekking tot de goederen nagelaten door hun grootmoeder Teuntje Bak
Datering 1737, Oude Orde 23
182 "nog heeft Peeter Ockers int jaer 1734 in de ba.. deel voor de kindere
van Leendert van Pelt en kint van Peeter Konig 8 dage met de hant gewerk
in alle dagh verdient 14 st[uiver] beloot same / 5-12
in jaer 1736
soo is voor de kindere Leendert van Pelt heef[.]t Peeter Ockers gekart 4
ten eerte (eerste) op den 14 april eene dag mit peert en kar gewerkt
verdint 1-10-0 den 15 dito nog een dagh gekart verdint 1-10-0 nog 4 dage
met peert en kar gewerkt verdint / 6-0-0, beloot same de som 9-0-0"
I.p.v. "eerte" bedoelt de
schrijver waarschijnlijk "eerste". "Beloot" zal bedoeld zijn als
"beloopt". Bedragen zijn in gulden-stuiver-oort (in ieder geval gaat er
20 van de tweede grootheid in iedere eerste grootheid, net als 20
stuiver in een gulden).
(Teuntje Gerrit Bax was gehuwd met Peter Janz Koninck, Teuntje is de zus van Adriaantje (Aentje) Gerits Bak)
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Schepenbank, 's Grevelduin-Capelle, Voogdijrekeningen, met bijlagen
* 183 De kinderen van Leendert van Pelt en Adriaantje Gerits Bak en het kind van Peeter Coninx en Teuntje Bax,
met betrekking tot de boedel nagelaten door Jan Okkers
Datering 1737, Oude Orde 23
Staet ende inventaris gedaan maken van de goederen gelden en effecten
naergelaten bij weijlen jan okkers overleden alhier tot S G Cappel in desen
jaere 1733 gemaeke ende geformeert bij Huijbert ende Teuntje Leendertse
van pelt ende bij Hendrik Heijmans en Gijsbert Dekkers bijde testamentaire
voogden over de voormelde (?) minderjarige erfgenamen van den gemelten
(gemelden) okkers als volgt
Vast de goederen
Eerstelijk een huis hof en akkerlant gestaan en gelegen alhier ten noorden
vande Niuw straet groot int geheel ontrent agt hondt belent oost Hendrik
Swart en andere west de Wed[uw]e Teunis Timmerman en andere strekkende
van den halver Niuwstraet oft Noordse[straet] op tot de Peijse toe
Item alnog een parceel akkerlant alsvoren groot ontrent Seven hondt ofte so
groot en Cleijn alst aldaer gelegen is belent oost Joost Verhagen en andere west
een Steegdeken strekkende vander halver Niuwstraet oft Noordse[straet] op tot
de sestig Roeden toe
Item eenen Dries gelegen als vooren groot ontrent [!] hont, met de putten en
cuijlen, belent oost de Wed[uw]e Teunis Timmerman west een steegdeken
strekkende van der halver Niuwstraet oft Noordse[straet] op tot de Sestig Roeden
toe
Item eenige lootjens moere en gronden inde groote Del gelegen alhier inden Dullaert
onbedeelt met de Wed[uw]e Teunis Timmerman gelegen ten zuijden vande Cruijsvaert
belent oost Dirk van den Hoek cum suis west de Dullaertse steeg
Item de geregtighijt in in [!] Lemmens Del in den Dullaert, gelegen ter noorde vande
Cruijsvaert alhier groot int geheel [opengelaten] hont onbedeelt met de Wed[uw]e
Teunis Timmerman cum suis belent oost Antonij Cuijsten, west Bastiaen Mouthaan
cum suis, strekkende vande Cruijsvaert oft Noordse[straet] op tot d[']erve van Wouter Bax
toe.
Item eenen akker gelegen ten zuijden vande Niuwstraet groot ontrent 4½ hont belent oost
Corstiaen de Haan, west Peeter Cornelisse Okkers strekkende van der halver Niuwstraet
oft Zuijlse[straet] op tot de erve van Loon toe
obligatien
Als eene ten laste van Gerit van Pelt capitael vijff hondert en vijftig g[u]l[den] lopende tegens
den Interest van 3½ p[rocen]t cto gepasseert [afkorting, mij onbekend] voor den notaris Johan
van Dijk sekere getuijgen tot Sprang resideerende in dato den 4e Augustij 1727 f 550:0:-
Item eene ten laste van Treijntje vander Velde Wed[uw]e van Gerit van Pelt cap[itae]l
vijftig g[u]l[den] tegens 4 p[rocen]t cto [afkorting, mij onbekend] sijnde in dato 20e
April 1728 f 50:0:-
Contante penningen inden Boedel bevonden eene somma van vier hondert seven en twintig gulden
veertien stuijvers dus
deselve
---------------------------F 427:14:-
Nog ontfange van eenig v[er]cogt hooij 5100 (..) de (La[st]) F 23 - 0:- [2 afkortingen, mij onbekend]
Sijnde nog eenig onvercogt hooij memorie
Meubilare goederen
Sijnde deselve mitsg[ader]s (kags) hooij strooij korn couse gerst kerp en wat voorts cluaer
goederen inden boedel bevonden sijn, op den 5e meij deses jaer 1733 bij publijiq boedel
huijs ten overstaen van Schout en Schepenen alhier vercogt waer van volgens deselve
conditie ter secretarie alhier bereeken[ing] is gemaekt eene somme van Seven hondert
twaalff g[u]l[den] ses stuijvers tien penn[ingen] Werdende tot voors[chreven] conditie
gerefereert dus F 712:6:10
Aldus opgegeven en geinventariseert so voors[chreven] staet sonder eenige goederen
oft effecten ..)ns aldus/ ter quader trouwe agtergehouden te hebben, onder belofte
indien naermaals bevonden mogte werden dat dese met eenige effecten
soude moeten werden vergroot ofte vermindert, desen daer mede ter sullen amplieeren
ofte verminderen onder presentatie van dese des gerequireert werden onder solemnelen
eede te sullen bevestigen ten overstaan van Cornelis van der Hoeven (Jsn) Schout Aert
van den Hoek ende Jacob van Tilborg
schepenen desen 24 Augustij 1733
C v d Hoeven
A v d Houck
J v Tilborgh
-----------------------------------------------
* 183
183 De kinderen van Leendert van Pelt en Adriaantje Gerits Bak en het kind van Peeter Coninx en Teuntje Bax, met betrekking tot de boedel nagelaten door Jan Okkers
Datering 1737, Oude Orde 23
....... (?) alhier gemaakt ende gepasseert sijnde den selve van dato den 24e Augustij 1733
waer toe in desen wert gerefereert dus MEMORIE
De rendanten brengen alhier een obligatie cappitael
Vijf hondert vijftig Gulden ten laste vande Gerit van Pelt (doorgekrast lijkt Leenderd Leenderse) van
pelt lopende tegens den interese van 3 1/2 Per cent gepasseert voor den notaris Johan van Dijk en
Sehere getuijgen tot Sprang residerende in dato den 4e Augustij 1727 dus volgens deselve memorie
Aen eene ten laste van Treijntje van der Velden Wed Gerit van pelt cappitaal Vijftig Gulden tegen den
interese van vier per cent volgens deselve memorie
Alsnog ontvangen en in den boedel bevonden aen contante penningen van ..../427,,14
|